Spoor
in de tijd
Hoe kan ik weten dat een kus
meer is dan een kus
een weerslag van jouw wezen
een document van tijd en plaats.
Jouw tijdgeest in een bierfles
gevoed door ouders, naam en straat
met mij als klinkers neergelegd
waarover je kan treden, als langs
jouw eigen lang verlept verleden.
Ik speur en voel het heden niet
als jij mij in het nu begraaft
de gaten uit jouw kindertijd
niet samen met mij dicht.
Ik wil het spoor verzachten
en schuw de harde treden niet.
Prikkeldraad nog in mijn hand. |
|