Ode
aan Adriaan Morriën
toen
taal nog ongecensureerd
niet schaamteloos vervuild was
kwamen in het sprookjesbos bij jou
de roede en de schede samen
jij
waarde rond het normenstelsel
en weekte vastgeroeste vetes los
met Adam, Eva, slang enzo
jij
verzette ingetogen zinnen
smeedde ze met Kaïn en Abel om
tot uitverkoren woordenparen
maar
niet voordat je aan de noodklok
had gehangen met het hoofd
achterwaarts, de blik omhoog
tussen
ons bronst de tijd
God blijft je eeuwig dankbaar