Het konijn en de lichtbak

Verschenen in Literair Nederland op 23 april 2003

Nederlandstalige poëzie, die uit ‘het nest geroofd’ is van de dichters, belooft de redactie van het splinternieuwe tijdschrift ‘Het liegend konijn’ aan de lezer. En dat klopt. Redacteur Deleu koos in deze eerste uitgave voor nieuwe gedichten van : Enquist, Gruwez, Hertmans, Kopland, Korteweg, Michel, Nolens, de Vos en Wigman. Klinkende namen in de dichtwereld. Daarnaast is er ruimte voor een debutant, in dit geval David van Reybrouck (die al wel proza en essays op zijn naam heeft staan). Het tijdschrift, mooi uitgegeven en van A-5 formaat, toont als een prachtig verzorgde bundel in donkerrood, zwart en zilver. Van Luuk Gruwez treffen we het schitterende gedicht ‘Volière’. Dit gedicht gaat over zijn overleden vader en over het dichten van het gemis dat sindsdien ontstaan is. Leonard Nolens maakt indruk met zijn gedicht ‘Je bent wat ik hier kost’, waarvan de beginregels luiden:

Ik houd me voor gezien,
Ik heb mijn ziekte niet.
Jij bent de koorts die daalt
En stijgt in ons, jij bent
Het kwik van mijn temperatuur.

Voor een tijdschrift dat dergelijke gedichten opneemt legt iedereen graag 18 euro 50 neer; de prijs van een normale dichtbundel

Verkrijgbaar bij elke boekhandel denk je dan. Maar nee, de grootste boekhandel van Utrecht Broese, blijkt het tijdschrift nog niet in huis te hebben. Gelukkig heb ik bij de Literaire boekhandel meer succes. Een genot om in de hand te hebben dit tijdschrift, waar alleen instaat waar het om gaat: gedichten, van goede kwaliteit, met zorg uitgekozen. Jozef Deleu, die zelf dichter is en voormalig hoofdredacteur van het tijdschrift Ons Erfdeel heeft dat goed aangevoeld. Op de achterflap staat niet voor niets een citaat van Paul van Ostaijen waarin de verwondering een hoofdrol speelt. Verwondering en ontroering zijn bij uitstek de instrumenten die een dichter weet te hanteren. Het liegend konijn zal nog een poos met de verwondering mogen freewheelen en de lichtbakken voorlopig niet ontmoeten.