De
bruidsvlucht van de mier
die
Siel van die Mier
tekst: David van Reybrouck, spel: Josse de Pauw
Verschenen
op de website van Meander op 5 april 2004
David van Reybrouck en Josse de Pauw zijn een schitterend verbond
aangegaan. Hun stijlen overvloeien elkaar en versterken hun eigen
persoonlijke inbreng in het muziektheaterstuk ‘Die siel van
die mier’ dat losjes is gebaseerd op het boek ‘de Plaag’
van Van Reybrouck, waarin het thema plagiaat een grote rol speelt.
De Vlaamse nobelprijswinnaar Maurice Maeterlinck wordt er van verdacht
zijn visie over het leven van termieten, dat de termietengemeenschap
zou functioneren als een menselijk orgaan, te hebben geplagieerd
van de Zuid-Afrikaanse dichter, wetenschapper en morfineverslaafde
Eugène Marais. Van Reybrouck ondernam destijds voor zijn
onderzoek naar het plagiaat van Maeterlinck een zoektocht in Zuid
Afrika. Deze zoektocht wordt in de voorstelling verplaatst naar
Belgisch Congo. Daar wordt in het jaar 1972 verzucht door de professor
die de termieten bestudeert: “Soms denk ik:
’t is spijtig dat er op zuiver onderzoek altijd vlekken van
’t gewone leven moeten zitten. Maar anderzijds: door die vlekken
gaat ge ’t geheel soms anders bezien.’
En zo is het
ook. Door de voorstelling kijkt de toeschouwer anders aan tegen
wetenschap en de mensheid. Wat begint als een briljant referaat
over de gewoonten en soorten termieten door een professor in de
entomologie, ontaardt in een schreeuw om aandacht voor wat er in
Afrika in het dagelijks leven gebeurt. Om aandacht voor de menselijke
kant van ons geweten. Om de wetenschap niet te zeer een zaak van
stoffige kamers te laten zijn, maar van empirisch onderzoek. Niet
in de eerste plaats naar de soort die er toe doet, maar vooral ook
naar de omgeving waarin dit onderzoek gebed is. De menselijke context
die aan alles betekenis verleent. In alles werkt de voorstelling
naar dit hoogtepunt, uitgewerkt in een bruidsvlucht. De termieten
komen niet uit hun holen tenzij om zich voort te planten. Dan krijgen
ze vleugels en stijgen vanaf hun termietenheuvel op. Die vlucht
wordt door Josse de Pauw op indrukwekkende wijze verbeeld, evenals
de onmacht van het individu en de soort. Hij brengt dit tot stand
door de samenwerking tussen beeld, tekst en geluid. De tekst is
van Van Reybrouck, het instrumentele en vocale (sample en klank-effecten)
deel wordt voor rekening genomen van Jan Kuijken en George van Dam,
ondersteund door het Muziek Lod en Het Net. Videofragmenten van
termieten in hun habitat verlevendigen en illustreren de tekst die
de professor uitspreekt. Door de teksten te zingen, voor te dragen
in dichtvorm, te fluisteren, te schreeuwen en ritmisch te scanderen
geeft Josse de Pauw de emotie de vrije teugel in deze voorstelling,
waarin af en toe de chaos heerst en dan de verstilling in een prachtig
gedicht. Althans, dat denkt de toeschouwer in eerste instantie bij
het horen van de schijnbaar toevallige jazz, het ritmisch tikken,
de termiet die aanklopt, een aan waanzin grenzende schreeuw. Maar
dat is schijn, alles is beredeneerd, met vakmanschap georkestreerd.
Een overweldigende voorstelling waarin Josse de Pauw alle registers
van zijn kunnen op een weergaloze wijze toont. Waarbij natuurlijk
de tekst die mogelijkheden aanboort en de muzikanten de draagwijdte
bepalen. Kortom, een perfecte samenwerking. Ik zou veel willen citeren
uit de voorstelling, maar beter kan ik aansporen om het zelf te
ondervinden. Ga dat zien!
Gezien op 3 april in de Vlaams Culturele instelling De Brakke Grond
in Amsterdam:
die Siel van die Mier
tekst: David van Reybrouck, spel: Josse de Pauw, muzikanten: George
van Dam, Jan Kuijken in samenwerking met Het Muziek Lod en Het Net
De voorstelling speelt tot en met 12 juni 2004 in Nederland en Vlaanderen.
|